Burenruzies zoals overhangende takken, hinderlijke boom, afbrokkelende muur, kraaiende haan en blaffende hond

Burenruzies niet langer beslecht met wet uit 1804

Justitieminister Koen Geens (CD&V) is al even bezig met de hervorming van het burgerlijk wetboek, waarin de burger centraal staat. Het nieuwe goederenrecht is het kind van Pascale Lecocq (Universite de Liège) en Vincent Sagaert (KU Leuven). Zij hielden de pen vast en groepeerden de regels inzake burenhinder. “Hierdoor heeft een vrederechter nu de handvatten om tot een oplossing te komen, terwijl hij vroeger in het luchtledige moest grijpen”, zegt Sagaert. “Het was hoog tijd om alles eens in een modern jasje te steken. Er stonden bijvoorbeeld meer dan tien bepalingen in over het vormen van eilanden in rivieren, iets wat toch niet alle dagen gebeurt. Rond kelders die onder andermans huis doorliepen, was dan weer niets geregeld.
Toverwoord

Christoph D’Haese, N-VA-Kamerlid en burgemeester van Aalst, liet toevoegen dat àlle burengeschillen voortaan door de vrederechter behandeld moeten worden. Vroeger kwamen grote zaken, met bedragen boven de 5.000 euro, terecht bij de rechtbank van eerste aanleg. “Een goede zaak”, vindt de Genkse vrederechter Lode Vrancken. “De vrederechter is een nabijheidsrechter, die zijn regio kent. In burengeschillen is dat wel handig. De workload zal niet fel toenemen: ik schat dat ik zo’n 12 tot 15 burenruzies behandel op een totaal van 2.5000 zaken, en dat in het grootste kanton. Het aantal zaken kan wel sterk verschillen van regio tot regio, maar het Veiligheidshuis (dat onder meer aan burenbemiddeling doet, red.) en de politie leveren hier goed werk. Daardoor worden veel conflicten opgelost voor ze escaleren.”

Burenbemiddeling is dus het toverwoord. In Vlaanderen hebben 92 gemeenten – vooral in Vlaams-Brabant, Antwerpen en Limburg – een dienst die zich daarmee bezighoudt. In vier op de tien gevallen biedt dit een uitweg. In Antwerpen coördineert Els Bruyndonckx de bemiddeling. “Elk jaar krijgen we 400 à 450 aanmeldingen van burenruzies”, zegt ze. “Dat stijgt licht: we werken goed samen met de politie en de socialehuisvestingsmaatschappijen. We hebben 29 bemiddelaars, vaak vrijwilligers. Dat zijn natuurlijk geen juristen, maar ze hebben allemaal een groot empathisch vermogen en krijgen een zesdaagse opleiding. Het doel is om het werk van de politie te verlichten en ervoor te zorgen dat mensen niet het hoogdrempelige traject van de vrederechter moeten doorlopen.”

Wat met…

… OVERHANGENDE TAKKEN?

Vrederechters moesten zich baseren op archaïsche regels uit het veldwetboek van 1931: de wortels mocht je zelf wegsnoeien, voor de takken moest je het aan je buurman vragen. De nieuwe wet is duidelijker: als takken of wortels doorschieten over of onder de perceelgrens, mag de buurman vragen om die te verwijderen. Als er binnen de 60 dagen geen antwoord komt, kan hij het zelf doen en de factuur naar z’n buur sturen.

… HINDERLIJKE BOOM?

Er zijn voortaan afstanden bepaald ten opzichte van de perceelgrens. Bomen hoger dan 2 meter moeten op een afstand van 2 meter van de perceelgrens staan, voor lagere bomen en struiken is dat een halve meter. Vroeger had men het over ‘hoogstammen’ en ‘laagstammen’, begrippen die niet altijd duidelijk waren.

… AFBROKKELENDE MUUR?

In de wet zijn nu ook preventieve maatregelen opgenomen om burenhinder te voorkomen. Als er ernstige risico’s zijn rond gezondheid, veiligheid of milieu, kan je de vrederechter vragen om preventief op te treden. Sagaert zegt het met een boutade: “Als het huis van je buur op instorten staat, moet je niet wachten tot het ingestort is.”

… BLAFFENDE HOND?

De ene blaffende hond is de andere niet. Er zijn tal van parameters om na te gaan hoe hinderlijk een blaffende viervoeter precies is. Is er continu hinder of slechts sporadisch? Hoeveel decibels worden er gehaald? Wanneer blaffen de honden? Als de overlast bijvoorbeeld enkel overdag is, zal de vrederechter dat misschien niet als ‘bovenmatige’ hinder beschouwen.

… KRAAIENDE HAAN?

Hier speelt vooral de locatie een rol: op het platteland wordt dat als een ‘natuurlijk fenomeen’ beschouwd, in een appartementsgebouw op de vijftiende verdieping is dat iets anders. In dat geval krijgt een klagende buur wellicht wel gelijk.

bron: https://www.koengeens.be/news/2020/02/03/burenruzies-niet-langer-beslecht-met-wet-uit-1804